Beklierde duizendknoop

“Geen klier voor de uilen”

Beklierde duizendknoop – Persicaria lapathifolia 

(o.a. Pale Persicaria & Curlytop Smartweed)

De Beklierde duizendknoop werkt antiseptisch, wat betekent dat hij tegen infecties werkzaam is. Ook kunnen stoffen uit het plantje uw honger laten toenemen en de maag tegelijk helpen beter te verteren. Er zitten ook samentrekkende stoffen in het plantje waardoor wondjes sneller helen. Het gebruik dient door een specialist uitgevoerd te worden, dit aangezien het plantje ook giftige stoffen bevat. Het gif in de Beklierde duizendknoop is oxaalzuur.

Oxaalzuur is een kleurloos gif dat ernstige gevolgen kan hebben als het ingeslikt wordt. Als een kind bijvoorbeeld in uw buurt eens veel Beklierde duizendknoop blijkt te hebben gegeten, geef hem dan direct water of melk en bel de ambulance. Zorg dat het kind NIET overgeeft, tenzij iemand van de ambulance dit aangeeft. Als het kind toch al aan het overgeven is of andere symptomen krijgt, zoals stuiptrekkingen of een beginnend bewustzijnsverlies, geef dan GEEN melk of water. Daarentegen is voor meerdere leden van de familie van de Uilen, de Beklierde duizendknoop zeker geen klier.

De familie van de uilen is in Nederland groots vertegenwoordigt. Meer dan 350 soorten uilen zijn in ons kleine kikkerlandje te vinden. 11800 uiltjessoorten zijn er wereldwijd te ontmoeten. Ze komen in elk continent voor. Uilen voeden zich graag met nectar, sap van bomen en honingdauw. (Honingdauw is een vloeistof die bepaalde luizen en schimmels afgeven. De vloeistof lijkt op nectar. Dat komt doordat de organismen die de vloeistof afscheiden zich voeden met plantstoffen.)

Ze zijn krachtige wendbare vliegers. Ze vliegen soms zeer lange afstanden. Hun kroost is vaak onbehaard. De volwassen uilen hebben vaak bruine vleugels, leven ’s nachts, maar eten geen muizen, hebben geen snavel en zullen nimmer een geluid maken gelijkend op “Oehoe! Oehoe!”. Vele uilen voeden zich, met enig genot, met Beklierde duizendknoop.

Beklierde duizendknoop heeft witte, groenachtige of roze bloemhoofdjes en bloeien van juni tot in oktober. Ze voeren honingbijen en nachtvlinders. Nachtvlinders zoals de Meldevlinder Trachea atriplicis, Duizendknoopboegsprietmot Monochroa hornigi en de algemeen voorkomende Oranje o-vlinder Pyrrhia umbra.

Ooit een uil erwten zien eten?

De Erwtenuil Melanchra pisi is een uil die graag van Beklierde duizendknoop eet. Maar ook eet deze uil van Struikhei Calluna vulgaris, Adelaarsvaren Pteridium aquilinum, Brem Cytisus scoparius, Gewone braam Rubus fruticosus en van wilgensoorten Salix spec.. De uilen omvatten de grootste familie macronachtvlinders. De onderscheiding tussen macronachtvlinders en micronachtvlinders is ontsproten uit de populariteit. Microvlinders zijn zeer klein, vaak kleiner dan 1cm. Ze wijken niet op een wetenschappelijk basis af van macrovlinders. Aangezien de grotere macrovlinders veel populairder waren om te verzamelen is hier een aparte naam voor gegeven.

De rupsen van uilen hebben een vier paar buikpoten en een paar naschuivers. Ze verpoppen zich in de grond, in de strooisellaag, in oud of dood hout of in plantenstengels. Sommige uilen maken een cocon die ze vasthechten aan een plant. In rupsstadium voeden de uiltjes zich met bladeren, stengels of wortels van gras en kruiden. Als volwassen uil zijn er bepaalde planten waar ze graag nectar van eten. Op de Beklierde duizendknoop komen naast de Erwtenuil ook meerdere andere kleine uilen af. Dit zijn bijvoorbeeld Gamma-uil Autographa gamma, Geoogde W-uil Lacanobia contigua, Groente-uil Lacanobia oleracea, en Zuringuil Acronicta rumicis.

Voor de uiltjes is het niet lastig een Beklierde duizendknoop te vinden, omdat het kruid een veel voorkomende soort is. Vroeger bestond deze soort niet, maar werd hij onderverdeeld in drie soorten, namelijk Knopige duizendknoop, Oeverduizendknoop en Viltige duizendknoop. Tegenwoordig vallen ze alle drie onder Beklierde duizendknoop. Nu is het wel zo dat de soort nu nogal variabel is in uiterlijk. Het is een soort die en in voedselrijke akkers voorkomt, en in omgewerkte bermen, maar ook aan oevers. Perzikkruid Persicaria maculosa is een nog algemenere soort die ontzettend veel op de Beklierde duizendknoop lijkt en op bijna precies dezelfde plekken voorkomt. Afwijkend is dat Perzikkruid ook in tuinen te vinden is en andersom is afwijkend dat Beklierde duizendknoop ook op nattere plaatsen kan groeien.

Beklierde duizendknoop is der mate vergelijkbaar met Perzikkruid dat ze beide met dezelfde chemische middelen bestreden kunnen worden. Dit is niet nodig, want u kunt op zich gewoon gaan schoffelen. Ook kunt u uw paard tevoorschijn halen en de bodem eggen. Op het akkerland wordt de soort ook bestreden met bodemherbicide. Hiermee wordt het kiemen al voorkomen. Ooi beschadigde Beklierde duizendknoop, door hier in te grote getalen te groeien, veelal vochtig laagland. Dit is nu veel minder.

Wanneer u een van de twee vergelijkbare planten op een overlappende habitat tegenkomt, zoals een voedselrijke akker, kunt u het verschil ontdekken door een aantal details te bekijken. De bloemen van de Beklierde duizendknoop zijn vaak witachtig gekleurd. Maar helaas is dit niet meer dan een indicatie, aangezien Perzikkruid zelden ook witte bloemen heeft. De bloemen van Beklierde duizendknoop kunnen ook wat groenig van kleur zijn. Net zoals Perzikkruid kan Beklierde duizendknoop ook roze tot dieproze gekleurde bloemen dragen. Leuk, maar nu wil u vast weten wat nu wel een duidelijk verschil is.

Als u nu eens goed naar de stengel kijkt ziet u dat de stengel plaatselijk verdikkingen heeft. Die worden knopen genoemd. Daar komt de naam duizendknoop vandaan. Om deze stengelknopen zitten tuitjes, die bij Perzikkruid duidelijk behaard zijn, maar bij Beklierde duizendknoop zeer kort tot niet behaard zijn. Uit deze tuitjes lijken bij Perzikkruid ook een rij lange wimpers te komen, terwijl bij Beklierde duizendknoop erg korte bewimpering aanwezig is.

Misschien vindt u de Beklierde duizendknoop maar een klier, omdat hij u verveeld met zijn moeilijk herkenbare uiterlijk. Misschien denkt u dat de plant juist door allerlei insectjes geklierd wordt. Beide zijn niet de oorzaak van de naam. Eigenlijk is het zo dat de plant klieren HEEFT. Op de onderkant van de bovenste bladeren zitten kleine geelachtige of donkere vlekjes, wat de kliertjes zijn. De kliertjes zien er sterk vergroot uit als putjes met in het midden een knobbeltje. Ook hieraan kunt u de plant onderscheiden van Perzikkruid. De halvemaanvormige vlek, die Perzikkruid vaak op zijn bladeren draagt, heeft de Beklierde duizendknoop helaas ook soms. De bloemen lijken in aartjes te groeien. De werkelijke benaming voor deze bloeivorm zijn schijnaren. Het lijken aren, maar zijn het niet. Deze schijnaren hangen vaak een beetje omlaag bij Beklierde duizendknoop.

In het Persicaria-geslacht komt naast Beklierde duizendknoop ook Waterpeper P. hydropiper, Adderwortel P. bistorta, Veenwortel P. amphibia, Kleine duizendknoop P. minor, Zachte duizendknoop P. mitis en Amerikaans perzikkruid P. pensylvanica voor op natte grond en langs of in slootjes. De individuele verschillen kunt u duidelijk in Heukels’ Flora van Nederland (R. van der Meijden, 2005) nalezen. Terughoudendheid in uw zekerheid van vaststelling van de soort is meestal realistisch te noemen, gezien de variaties binnen de uiterlijkheden van deze soorten.

Plaats een reactie